De derde etappe van Olympia’s Tour is gewonnen door Giacomo Ballabio. De Italiaanse renner van IAM Excelsior was in de laatste van drie slotomlopen rond finishplaats Hellendoorn ontsnapt, zag het peloton bijna aansluiten, maar behaalde toch de dagzege. Zo boekte hij de derde internationale zege op rij na de ritzeges van de Deen Julius Johansen – die leider blijft – en de Duitser Max Kanter .Kanter eindigde nu op de tweede plek, de Belg Alfdan de Decker werd derde.
De winnaar van de dag was dolblij met de winst. “Het is mijn derde zege van het seizoen, maar wel de eerste internationale overwinning van 2018. Ik viel aan in de finale net boven op een oplopend stuk. Ik kreeg 38 seconden, maar dat liep snel terug. Gelukkig kwam er een renner aansluiten, die zorgde dat ik me nog even kon sparen in de absolute finale. Op honderd meter van de finish ben ik aangegaan, het peloton kwam toen heel dichtbij, dus ik kon niet langer wachten. Maar gelukkig kon ik het volhouden en deze mooie zege boeken.
Het was een zware dag voor de beste clubrenner Hartthijs de Vries. Hij kwam hard ten val en klaagde na afloop over een pijnlijk been. Toch werd hij nog zeventiende in de daguitslag.
De ontsnapping van de dag kwam op naam van Chiel Schulten (VolkerWessels-Merckx), Harm Celi (Het Snelle Wiel), David Dekker (Metec-TKH), (Antonie van Noppen (Willebrord), Mathijs de Leng (Jonge Renner) en Sindre Kulsett (Uno-X). De zes namen zes minuten voorsprong, maar die marge kelderde snel op de hellende stroken rond de Holterberg.
Dekker hield wel de bergtrui over aan zijn avontuur, Schulten won de prijs van de strijdlust. Dekker ging vorig jaar met de clubtrui naar huis, nu is de renner van Metec-TKH al zeker van de winst in het bergklassement. Al moet hij de wedstrijd wel uitdoen. “We hadden als team gezien dat we eigenlijk maar twee etappes nodig hadden om de trui in de wacht te slepen. Het lukte me om in de eerste rit – toen het veld net bij de sprint al flink uit elkaar lag – de eerste slag te slaan in Gieten. Vandaag was het van belang vooral de eerste sprint te winnen. Bij de laatste spurt om de bergpunten hoefde ik niet meer aan te dringen. Ik ben blij dat we als team zo toch wat publiciteit kunnen behalen en een trui in de wacht slepen.”
